Vel met assignaten uit de Bestuursarchieven 1795-1814. Zoals de onderste hoektekstjes aangeven, bestrafte de wet vervalsers met de doodstraf, maar werden verklikkers door de natie beloond... |
In feite gaat het hier om het eerste papiergeld dat in de Nederlanden in gebruik is geweest. De oorsprong van dit papiergeld lag een paar jaar daarvoor in Frankrijk. In het begin van de Franse Revolutie kampte de revolutionaire regering met een ernstig staatstekort. Om dat te bestrijden besloot men in 1789 tot de nationalisatie van de kerkelijke eigendommen. Met deze bezittingen als onderpand werden assignaten uitgegeven. De bedoeling was ze te vernietigen als het onderpand, de grond, verkocht zou worden. Maar die verkoop van genationaliseerde goederen liep niet zo heel hard, en de regering begon de assignaten ook te gebruiken voor lopende uitgaven, dus als echt papiergeld. Toen in 1792 de oorlog uitbrak werden opnieuw grote hoeveelheden assignaten uitgegeven, waardoor de dekking (zoals in onze tijd de goudvoorraad van de Nederlandse staat dekking is geweest voor ons papiergeld) in feite steeds fictiever werd.
Dat had grote negatieve invloed op de waarde, of om het anders te zeggen: de inflatie was reusachtig. Einde 1794 was de koers van de assignaten nog maar 22 procent van de nominale waarde. In 1796 kreeg je nog maar 1/883 van de oorspronkelijke waarde terug. Dat was natuurlijk onhoudbaar en op 19 februari 1797, inmiddels 215 jaar geleden, werden de assignaten uit de omloop gehaald en vervangen door nieuw papiergeld tegen 1/30 van de waarde.
Je zult je nu afvragen, hoe is dat pak assignaten in godsnaam in die archiefdoos beland? In het najaar van 1794 trok een Bataafs-Frans leger Noord-Brabant binnen om met militair geweld in de Republiek der Verenigde Nederlanden een nieuw bestel af te dwingen. Dit gezelschap moest natuurlijk gevoed en gehuisvest worden en men betaalde daarvoor in de hele provincie met assignaten. Deze zouden later kunnen worden ingewisseld voor contanten. De Commissie belast met vergoedingen voor assignaten en oorlogsschaden handelde dat tussen 1797 en 1799 af. Dat heeft onder andere een tamelijk dit boek opgeleverd waarin per plaats in Noord-Brabant de namen van mensen staan die dit eerste papiergeld in de Nederlanden hebben ingeruild voor “echt” geld. En een volle doos biljetten dus!
Reislustige predikant
Boeit deze tijd je en wil je er meer over weten. Ga dan ook eens naar het blog van de reislustige predikant Stephanus Hanewinckel: Reizen door de Meierij. Brabant door de ogen van Stephanus Hanewinckel. Van 1791 tot 1798 was Stephanus predikant in de naburige plaatsen Aarle, Beek en Lieshout. Zijn volgende standplaats was Oostgrafdijk in Noord-Holland bij Alkmaar. In deze periode schreef hij zijn bekende boeken over de Meierij met onder andere veel notities en dagboekaantekeningen, die via dit weblog worden gepubliceerd.
Hanewinckels negatieve oordeel over de katholieken en het katholicisme verhinderde niet dat hij een scherp waarnemer en een zeer betrouwbaar verslaggever was |
2 opmerkingen:
Echt heel interessante verhalen die ik via jullie weblog kan lezen!
Wat fijn dat je de blogs zo interessant vindt, Anne-Marie. En dat je dat ook laat weten; daar doen we het voor ;-)
Een reactie posten