Sinterklaas en zwarte piet op bezoek bij Kindertehuis Huize Sint Agnes in Uden, 1956 (Foto BHIC) |
Elk jaar tegen 5 december begon mijn kinderhartje onrustig te kloppen…De vraag of ik wel of niet mee naar Spanje zou moeten in de zak van Zwarte Piet begon zich op te dringen. Als ik mijn oudere broers en zussen mocht geloven, was het een kwestie van geluk als dat niet zo zou zijn!
Mijn grote broers waren het ook die wel raad wisten met het opvoeren van die spanning. Eén van hun favoriete voorwerkjes was om op de donkere binnenplaats met een ketting te rammelen, terwijl ze op het keukenraam bonkend ‘Spaanse’ kreten riepen, om dan in ijltempo, stampvoetend weer te verdwijnen! Het ging inderdaad zo snel dat ik me achteraf wel eens afvroeg of het wel écht was gebeurd.
Het meest angstige was het feit dat Sinterklaas en Zwarte Piet gewoon levensecht bij ons binnen kwamen, compleet met de ‘roei’, de zak, het boek en de staf.
Als zij arriveerden met een schimmel of een andere ‘knol’, werd deze vastgebonden aan onze veranda. Eenmaal binnen dronken de goedheiligman en zijn knecht een “goei glas” aan de tap.
De ‘roei’ en de zak werden ergens nonchalant in een hoek van onze gang gedeponeerd en op een cafétafeltje werd het boek van Sinterklaas veilig gesteld. Zijn staf kreeg (onderuitgezakt) een plek tegen datzelfde tafeltje. Stiekem door een kier van de deur kijkend, zag ik de mijter daar ook eens liggen!
Dat betekende schrikken en wegwezen, want op de meest onverwachte momenten konden die twee gewoon onze gang in komen lopen!
Van de goed ingepeperde spanning deed ik letterlijk en figuurlijk in mijn broek. Tegen bedtijd werd het helemaal verschrikkelijk. Alle geluiden en stemmen met af en toe een ‘boegeroep’ van Zwarte Piet onder aan de trap maakte het kinderfeest compleet.
Als ik dacht dat de kust veilig was, ging ik voorzichtig huilend van angst mijn bedje uit richting trap, om vervolgens op mijn kontje trede na trede naar beneden te ‘foepen’. Papa pakte mij dan van de derde trede en riep: “Daar komt het ‘onweer’ aan!” Ik stopte mijn hoofdje vervolgens, spelenderwijs als een vorm van verzachtende omstandigheid achter zijn jas om mijn verdriet een andere wending te geven. Door ‘het onweer’ aan te kondigen, werden Sint en Piet in de gelegenheid gesteld hun ‘heiligheid’ een beetje op te poetsen, zodat mijn geloof niet door de schoorsteen in rook zou opgaan.
Door: Elly Schouten - Van de Mosselaar, Velp
Niet Elly, maar een ander meisje dat mag meekijken in het grote boek van Sinterklaas (Uden, 1956, foto BHIC). |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten